Bijenbeweging Overijssel: aandacht voor alle 358 bijensoorten

Bijenbeweging Overijssel: aandacht voor alle 358 bijensoorten

“Kijk! Op dat veldje vliegen andere bijen.” Met een bijenkaart in de hand vergelijken kinderen van een Overijsselse basisschool welke bijen er op welke bloemen afkomen. Van de Bijenbeweging hebben ze twee biologische wildmengsels gekregen die verschillende bijen aantrekken. Als straks het bijenhotel aan de rand van het schoolplein ook klaar is, gaan ze iedere dag even kijken of ze al weer nieuwe soorten ontdekken.

Nieuwe soorten bijen ontdekken? “Je hebt maar liefst 358 soorten,” zegt Rebecca Geeraert van NMO. “De honingbij kennen we allemaal. Die voelt zich thuis op iedere bloem waar nectar te halen valt.” Van deze nectar maakt de honingbij zijn honing. Handig voor ons, want op deze manier kunnen wij gemakkelijk honing verzamelen voor bijvoorbeeld in de thee of op een pannenkoek. Blijven er nog 357 soorten over. “Met allemaal een verschillend uiterlijk, voedselspecialisatie en nestelplekken. Zoals de pluimvoetbij om er maar een te noemen, die alleen maar voorkomt op paardenbloemachtigen. Ze nestelen in zand, vaak in een voeg van een straat, dan zie je er van die bultjes op liggen die je dus niet moet wegtrappen! De nesten kunnen wel een meter diep zijn. En voedsel moet nooit verder dan een halve kilometer verder zijn. En zo heeft ieder soort wel een mooi verhaal!”

“Je hebt maar liefst 358 soorten. De honingbij kennen we allemaal. Die voelt zich thuis op iedere bloem waar nectar te halen valt.”

Rebecca Geeraert, Natuur en Milieu Overijssel

Twee tuintjes met verschillende veldbloemen aanleggen, eventueel les krijgen van een bijengastdocent en op sommige scholen zelfs een bijenhotel. Daarmee worden de bijen onder de aandacht gebracht van kinderen. Want bijen hebben het moeilijk. Vanwege bestrijdingsmiddelen in de landbouw en vanwege de monocultuur op het platteland. Op grasland en maïsveld bloeien nu eenmaal niet zo veel bloemen. Geeraert: “Ook het maaibeheer is van groot belang. Volledig wegmaaien van bloemen in de tijd dat bijen hun nectar zoeken, is eigenlijk het volledig weghalen van voedsel voor bijen. Dat leidt tot het einde van de bijenpopulatie.”

Natuur en Milieu Overijssel heeft samen met de provincie, Landschap Overijssel, Imkervereniging Nederland, LTO Noord en EIS kenniscentrum voor insecten de Bijenbeweging Overijssel opgezet om aandacht te vragen voor de bij die als bestuiver een enorm belangrijke schakel is in de natuurlijke kringloop. Dat heeft tot succesvolle acties geleid richting het algemeen publiek, imkers, natuurorganisaties, gemeenten en waterschappen. Dit jaar zijn de pijlen gericht op basisscholen.

“Als je de kinderen vraagt waarom bijen zo belangrijk zijn, zeggen ze altijd dat het om de honing gaat. Maar dan leg ik ze uit dat een bij inderdaad nectar uit bloemen haalt en daar honing van maakt waarmee hij de winter door moet zien te komen, maar dat het veel belangrijker is dat hij dan meteen voor bestuiving zorgt zodat wij in de herfst fruit kunnen oogsten. ”

Jan Alferink, gastdocent bij Esmoreit in Luttenberg

Maar liefst 75 scholen in de provincie doen mee, verdeeld over bijna iedere gemeente. Die hebben een lespakket opgevraagd, krijgen bloemzaad, sommigen bouwen een bijenhotel en er komt een bijendeskundige les geven. Jan Alferink, al veertig jaar imker, was bijvoorbeeld gastdocent bij Esmoreit in Luttenberg: “Als je de kinderen vraagt waarom bijen zo belangrijk zijn, zeggen ze altijd dat het om de honing gaat. Maar dan leg ik ze uit dat een bij inderdaad nectar uit bloemen haalt en daar honing van maakt waarmee hij de winter door moet zien te komen, maar dat het veel belangrijker is dat hij dan meteen voor bestuiving zorgt zodat wij in de herfst fruit kunnen oogsten. Het is dus wel belangrijk dat er veel bloemen in de natuur zijn. Eigenlijk”, zo vertelde hij de kinderen van Luttenberg, “is hier in de gemeente de natuur veel te schoon voor de wilde bij. Maar gelukkig wordt het ieder jaar een beetje wilder.” Jan merkt dat kinderen dat verhaal heel interessant vinden en dat is natuurlijk de bedoeling van de Bijenbeweging. Want jong geleerd is oud gedaan.

Wil je meer weten?

Profiel Ruud Pleune

Ruud Pleune

Programmamanager Natuur, Landschap & Landbouw